Achter het Palazzo Pitti lonken de lieflijke Bobolituinen. Toen de familie De’ Medici in 1550 het paleis overnam van de failliete bankier Luca Pitti, begon men meteen met verbouwen en de aanleg van een groot tuinencomplex. Vandaag de dag kunt u er uren ronddolen en Florence zou Florence niet zijn, als ze niet ook van haar parken een echt museum wist te maken. In de Bobolituinen valt u dan ook van de ene verrassing in de andere. Behalve dat het er heerlijk uitblazen is onder de cipressen en pijnbomen, of op een picknickkleedje op het gazon, kunt u een hele route wandelen langs belangrijke beeldenpartijen en fonteinen. Ga naar La Grotta Granda, een grot waar de kunstenaar Buontalenti zich helemaal uitleefde en die rijkelijk gedecoreerd is met beeldhouwwerk en muurschilderingen. Bezoek het porseleinmuseum in de Riddertuin, waar u oude vazen en antiek serviesgoed kunt zien. Blijf staan aan de rand van de Neptunusvijver, waar de God van de zee uit het water verrijst met zijn drietand, een prachtig beeld met een heel eigen dynamiek. En ziet u l’Isolotto, het kleine eilandje in een van de vijverpartijen? Daar pronkt de beroemde Oceanusfontein van de kunstenaar Giambologna. Het beeldhouwwerk is een replica, het origineel staat in het Bargellomuseum.