Boven de bebouwing van het vlakkere stadsdeel Pest torent hoog de koepel uit van de Sint Stephanusbasiliek. Dit is de grootste kerk van Boedapest met haar 8000 plaatsten, en zelfs een van de grootste oude kerken ter wereld. De basiliek dankt haar naam aan de eerste gelovige koning van Hongarije, Stephanus, die in de vroege Middeleeuwen regeerde en later heilig werd verklaard. Binnenin de basiliek wordt een wel heel apart relikwie bewaard van deze koning, namelijk zijn gemummificeerde rechterhand, die voor het publiek te zien is. Met de bouw van de kerk werd gestart in 1851, onder leiding van meerdere architecten die elkaar opvolgden. Het project liep niet bepaald op rolletjes en de eerste architect maakte er een potje van: het was een behoorlijke tegenslag toen in 1868 de grote ronde koepel van de kerk instortte en er opnieuw begonnen moest worden met bouwen. Uiteindelijk werd de kerk gewijd en in gebruik genomen in 1906. De basiliek is mooi symmetrisch, in neorenaissancestijl gebouwd, met een 96 meter hoge koepel en twee torens aan weerszijden. Binnen ademt het interieur een en al pracht en praal: veel bladgoud, prachtige mozaïeken en kleurrijk beschilderde zuilen en bogen. In de kerk zijn wel vijftig verschillende soorten marmer verwerkt.