De Valencianen zijn zelf apetrots op hun ‘La Lonja’, de oude zijdebeurs in het centrum. La Lonja de la Seda, zoals de volledige naam luidt, ziet eruit als een statige middeleeuwse burcht met hoekige kantelen. En dat klopt ook wel, want de beurs werd gebouwd in de 15e eeuw, middenin de zogenoemde ‘Gouden Eeuw van Valencia’, een bloeiperiode voor de handel. La Lonja diende in die tijd als hoofdkwartier voor de zijdehandel. Omdat Valencia aan zee ligt, was zij een toegangspoort voor stoffenhandelaren uit het Oosten. Als u door de Sala de Contratación dwaalt, de grote zaal met zijn imposante spiraalzuilen en glimmende vloeren, stapt u terug in de tijd en is het drukke gepraat van de zijdehandelaren bijna weer hoorbaar. In een van de zijvleugels van het gebouw is de Consulado del Mar gevestigd, indertijd de eerste rechtbank in Spanje waar handelsconflicten werden uitgevochten. Wie zijn schulden niet kon betalen werd in de toren opgesloten. Als u weer buiten staat kijk dan naar boven, naar de ongewone beeldjes met demonische trekken die de gevels van La Lonja verfraaien. Draakachtigen, duivels en bozige wezens in dynamische houdingen staren u aan. Gelukkig maar, ook Maria met kind en engeltjes is vertegenwoordigd. Sinds 1996 staat La Lonja op de Werelderfgoedlijst van UNESCO. Dat is heel positief, want op deze manier is het zeker dat het prachtige gebouw met zijn rijke geschiedenis ook in de toekomst gekoesterd zal blijven.